“De nieuwe opleiding tot AIGT is de oude tropenopleiding niet”
Hot
De aios/arts-IGT is hot topic bleek. De zaal van 50 man was amper groot genoeg voor alle geïnteresseerden en de discussie was sprankelend – to say the least. Om 15:15 heette de sessievoorzitter Pieter van den Hombergh (huisarts, WHIG) iedereen welkom waarna Jamilah Sherally (aios-IGT, TROIE) een korte introductie over de opleiding tot AIGT gaf en het project toelichtte met het voorstel om de aios-IGT structureel mee te laten draaien in het spreekuur van de huisarts in het GCA (gezondheidscentrum asielzoekers).
Vervolgens kreeg ieder panellid twee minuten om een elevator pitch te houden over de rol van de aios/arts-IGT in het huidige vluchtelingenvraagstuk.. Koos van der Velden (hoogleraar public health aan de Radboud Universiteit Nijmegen) benadrukte het belang van het internationale perspectief van de huisarts met betrekking tot de zorg voor vluchtelingen en asielzoekers, met name in de drie velden van infectieziekten, moeder en kind zorg en psychosociale zorg. Barend Gerretsen (hoofd opleidingsinstituut IGT) refuteerde een aantal misvattingen over de opleiding tot AIGT, onder andere dat de nieuwe opleiding niet vergeleken kan worden met haar voorganger. Eveline Hund (beleidsadviseur MCA, Menzis COA Administratie) bracht een interessant perspectief aan de discussie door ook de financiële kant van de zorg voor asielzoekers te belichten en legde uit hoe dit vanuit de verzekering doorgaans zo regulier mogelijk wordt gedaan. En dat is veelal huisartsenzorg. Arno Maas (aios-IGT) sprak over het belang van internationale betrokkenheid en het op de kaart zetten van de Nederlandse AIGT en Simone Goossen (beleidsadviseur GGD-GHOR Nederland) maakte een pleidooi om niet alleen de eerstelijnszorg maar vooral ook de public health meer op de kaart te zetten.
Eens of oneens
De volgende zeven stellingen passeerden vervolgens de revue:
Stelling 1: Het zijn veelal huisartsen met affiniteit voor de tropen die kiezen voor werk in het AZC; stelling 2: Een stage in de eerste lijn (al dan niet in het AZC) zou een verplicht onderdeel moeten zijn van de opleiding tot AIGT; stelling 3: De aios-IGT is niet vergelijkbaar met de HAIO qua inzetbaarheid in het AZC; stelling 4: Tropenervaring is van meerwaarde voor het werk van de huisarts in een AZC; stelling 5: Kennis van huisartsgeneeskunde is van essentieel belang voor het werk van de AIGT in de tropen; stelling 6: De AIGT wordt opgeleid om in het buitenland zorg te verlenen aan vluchtelingen, niet hier in Nederland, en stelling 7: Het profiel AIGT zou samen met het profiel TB-arts en profiel infectieziekten op moeten gaan in een breed specialisme bij de KAMG te weten “Arts Maatschappij en Global Health”.
Er werd gestemd. En de verschillende geluiden vanuit de zaal benadrukten maar weer eens dat de AIGT een dynamische beroepsgroep is waarbij ook de opleiding continu in ontwikkeling is. Er was geen enkele stelling waar men het unaniem over eens was, wat leidde tot een zeer boeiende, interessante en soms ietwat onstuimige discussie. Samengevat laat de discussie zich als volgt beschrijven:
Arts met een brede blik
Alhoewel waarschijnlijk sterk bevooroordeeld, heerste er duidelijk het sentiment dat de AIGT van toegevoegde waarde was. In het buitenland en op eigen bodem. De term culturele competenties werd herhaaldelijk genoemd. Door de aard van de opleiding en vooral ook door de ervaring in het buitenland ontwikkelt de AIGT een zeer brede en maatschappelijk bewuste blik die verder rijkt dan louter de kliniek. Hier heeft ook het Nederlandse zorgstelsel baat bij.
Het werk van de AIGT in het buitenland
In low resource settings is de AIGT in feite een soort ‘huisarts-plus’. Kennis van eerstelijnsgeneeskunde en ervaring met primary health care (in tegenstelling tot de huisartsengeneeskunde) werd – vooral door de AIGT’ers met ervaring in deze werkomstandigheden – als een belangrijk onderdeel van de opleiding beschouwd. Velen hadden het in hun eigen opleiding gemist. De artsen in opleiding waren het hierover niet altijd even eens met elkaar. Daar waar de één het als toegevoegde waarde zag beargumenteerde de ander dat de opleiding al lang genoeg was en dat we niet moesten pretenderen van alle markten thuis te zijn; de kracht van de AIGT lag immers in die tweedelijns zorg. En was een stage bij de interne geneeskunde dan niet een beter alternatief? Overigens is de opleiding ook zodanig aangepast dat aspecten van de eerstelijnsgeneeskunde (zoals palliatieve zorg) inmiddels onderdeel zijn van het curriculum.
Niche van de AIGT bij terugkomst
De zaal was het unaniem eens dat AIGT’ers over het algemeen affiniteit hebben met de vluchtelingenproblematiek en in het verlengde hiervan het vaak huisartsen met ‘tropenervaring’ zijn die zorg aan asielzoekers en migranten leveren. Exacte cijfers van dit percentage hebben we echter nog niet. De toekomstige arbeidsmarkt voor de AIGT bij terugkomst moet zich nog bewijzen, waarbij het van belang is de oude tropenarts niet te vergelijken met de nieuwe AIGT. Ervaring in het buitenland is een cruciaal onderdeel van de carrière (dan wel competentieontwikkeling) van de AIGT, echter deze kersverse profielarts zou in de Nederlandse setting ook een specifieke rol moeten vervullen en hiaten in zorgbehoeftes moeten aanspreken zoals alleen een AIGT dat kan. Dit tevens met oog op de verhouding tussen de duur van de opleiding en gemiddelde tijd dat tegenwoordig in het buitenland wordt doorgebracht, wat fors is afgenomen ten opzichte van het verleden.
Deze speciale rol lijkt nog niet geheel uitgekristalliseerd. De migrantenzorg werd geopperd. Er werd gesproken over kortere periodes in het buitenland gedurende het werkende leven van de AIGT. En er werd gefilosofeerd over een nieuw profieltype: de Arts Maatschappij en Global Health. Met oog op de toekomst, waarbij preventieve zorg meer op de voorgrond zal staan en internationale ontwikkelingen, zoals de vluchtelingencrisis, ook Nederland niet links zullen laten liggen.
Concluderend
We waren nog lang niet uitgepraat en de discussie was verre van gesloten. Maar het was 16:30 en de timekeepers van het congres waren streng. De sessie onderstreepte het grote nut van de AIGT. De uiteindelijke combinatie AIGT plus een specialisme (ook huisarts, AMG, etc.) lijkt nog steeds goud. En de discussie leek het begin van een nieuwe oriëntatie op een spannende vernieuwde opleiding tot Global Health arts.